CDs / DVDs

www.opusklassiek.nl, 01. July 2011
De Dante-symfonie is eveneens een compostie van uitersten, met een wel erg realistische schildering van de hel en het vagevuur uit Dantes Divina Commedia. We vinden hier enigszins de parallel met de finale van de Faust-symfonie, omdat Liszt ook voor de Dante-symfonie een monumentale koorfinale als bekroning zag, ditmaal als uitbeelding van het Paradijs. Wagner vond dat geen goed idee "omdat het Paradijs muzikaal niet valt uit te drukken." Liszt sloeg de (wijze?) raad niet in de wind en concipieerde in plaats daarvan na de orkestdelen Inferno en Purgatorio het afsluitende esoterische Magnificat met vrouwenkoor dat in de laatste maten in het niets oplost. Daarnaast is er nog een door Liszts levensgezellin Carolyne Wittgenstein hem later ingegeven, effectvolle afsluiting in fortissimo die echter in deze uitgave niet is opgenomen. Haenchen beheerst dit idioom tot in de vingertoppen, waaraan zijn grote opera-ervaring ongetwijfeld mede debet zal zijn geweest. Hij legt in het openingsdeel de complexe vierdelige sonatevorm met groot vakmanschap bloot en werkt het centrale thema `wie hier binnentreedt laat alle hoop varen' in zinderende spanningsbogen uit, daarbij geholpen door het geïnspireerd spelende orkest dat in deze live-uitvoering geen steken laat vallen die het luisterplezier in de weg staan. Twee van de vele hoogtepunten zijn de tragiek van het verloren geluk van Francesco da Rimini en Paolo en het werkelijk sardonische scherzo waarin het hoongelach echt weerklinkt. In het Purgatorio is de troefkaart vooral de lamenterende, berouwvolle fuga die fraai wordt ingeleid door liggende majeur-drieklanken. In het Magnificat zorgt de ingehouden bijdrage van het vrouwenkoor tot een weldadige afsluiting van dit grootse werk.
De Evocations à la Chapelle Sixtine waren oorspronkelijk als orgelwerk geconcipieerd onder de indruk van Liszts verblijf in Rome in 1862. Later volgde een bewerking voor orkest. De belangrijkste elementen zijn Allegri's Miserere en Mozarts Ave verum corpus die door Liszt zowel letterlijk worden geciteerd als van een duistere en klagende chromatiek worden voorzien. Meditatieve pianissimi dragen mede de grote expressieve reikwijdte van dit opus. In de handen van Haenchen is ook deze live opgenomen uitvoering een welkome bijdrage aan de discografie. De opnamen zijn een van de meest geslaagde in de Capriccio-reeks van dit orkest, maar neigt in de Dante-symfonie af en toe naar vervorming (bijv. track 1, vanaf 2:15). Laat dit u echter niet van de aanschaf van deze muzikaal waardevolle uitgaven afhouden!
Aart van der Wal