Opern

de Volkskrant, 14. Mai 1990
Een van de beste prestaties van de Nederlandse Opera. Volop avontuur in een prachtige 'high tech' Salome

(...) de formidabele prestatie van de titelrolvertolkster (E.M. Bundschuh) en het aandeel van dirigent Hartmut Haenchen maken deze produktie opnieuw tot een van de beste van de Nederlandse Opera in het nieuwe theater. In 1988 had Haenchen het Rotterdams Philharmonisch Orkest tot zijn beschikking. Ik was toen vooral onder de indruk van de kolkende orkestrale vulkaan die hij wist te suggereren. Geen eenvoudige zaak in de droge akoestiek van het Muziektheater. Dit keer zit het Nederlands Philharmonisch, Haenchens eigen orkest, in de bak. De muzikale chef van de Opera kan zich gelukkig prijzen: met zijn eigen ensemble weet hij het hoge instrumentale niveau van de eerste serie voorstellingen te handhaven. Het NedPhO reageert imposant, kleurrijk, soepel en alert op de aanwijzingen van Haenchen, die met even grote gedrevenheid de onheilspellende stilten als de hysterische razernij in Strauss' partituur weet neer te zetten. (...)

Hans Heg

Eine der besten Leistungen der Niederländischen Oper

(...) die kollosale Leistung der Darstellerin der Titelrolle (E.M. Bundschuh) und der Anteil des Dirigenten machen diese Produktion aufs Neue zu einer der besten Leistungen der Niederländischen Oper im neuen Theater. 1988 hatte Haenchen das Rotterdams Philharmonisch Orkest zur Verfügung. Es war damals vor allem der Eindruck des kochenden Vulkans, den er suggerieren konnte. Keine einfache Sache in der trockenen Akustik des Musiktheaters. Diesmal sitzt das Nederlands Philharmonisch Orkest im Graben, Haenchens eigenes Orchester. Der musikalische Chef der Oper kann sich glücklich preisen: Mit seinem eigenen Ensemble wußte er das hohe instrumentale Niveau der ersten Vorstellungsserie zu halten: Das Nederlands Philharmonisch Orkest reagierte imposant, farbenreich, geschmeidig und aufmerksam auf die Anweisungen von Haenchen, der mit großer Überzeugungskraft die unheilvolle Stille und die hysterische Raserei in Strauss’ Partitur umzusetzen weiß. (...)

Hans Heg