http://operabeluisteren.wordpress.com, 16. September 2013
Van Der Ring des Nibelungen kan ik maar geen genoeg krijgen. Zeker niet van de Ring van Amsterdam. Zeven keer zag ik de cyclus in het buitenland en drie maal in Amsterdam. Die laatste kan zich meten met de wereldtop. Dat is vooral te danken aan de fantastische regisseur Pierre Audi, die een tijdloze mythe over de eeuwige strijd tussen materiële macht en spirituele liefde op eminente wijze voor het voetlicht weet te brengen. Dat doet hij met abstracte en monumentale toneelbeelden die soms fel verlicht worden door oplaaiend vuur. Zo brengt hij ons in een andere wereld die veraf lijkt te liggen van onze reële wereld maar toch ook zo dichtbij omdat alle conflicten die zich in dat mythische verhaal afspelen herkenbaar zijn in het hier en nu. Een andere gigant is maestro Harmut Haenchen die het Philharmonisch Orkest de fantastische muziek van Wagner laat versmelten met de toneelbeelden en daardoor een eenheid creëert die de toeschouwer tot in het diepst van zijn ziel raakt. Haenchen weet de soms fijnmazige muziek te accentueren zonder ook maar één moment de grote lijnen te veronachtzamen.
Zo zat ik donderdag 12 september 2013 in het Muziektheater weer bij Siegfried. Dit keer met de solisten bijna op schoot en zag daardoor dat het met de personenregie dik in orde was. Vanaf de derde rij ervoer ik hoe knap de acteerprestaties van de solisten waren en wat het aandeel van een goede mimiek daarin is. Vreugde, maar vooral zichtbare teleurstelling bij Mime over een door Wotan georganiseerde quiz is daarvan een aardig voorbeeld. Tenor Wolfgang Ablinger Sperrhacke deed het niet onverdienstelijk maar kon zijn voorganger Graham Clark niet doen vergeten. De hoofdrol Siegfried was dit keer weggelegd voor de Amerikaanse heldentenor Stephen Gould die in 2004 zijn debuut maakte in Bayreuth. Hij blies mij met zijn geweldige volume tijdens het eerste bedrijf bijna van mijn stoel. Zonder enige moeite zong hij de zware partij. Een andere geweldenaar was de Belgische bariton Werner van Mechelen. Hij zette de relatief kleine rol van Alberich met zijn prachtige dictie en acteerprestatie zeer nadrukkelijk op het podium. Zijn dialoog met Wotan was er een om in te lijsten. ....
Maar dan…….Geen Wagner liefhebber die niet uitkijkt naar het liefdesduet in de slotfase tussen Siegfried en Brünnhilde. Terwijl Haenchen zijn orkest naar grote hoogte stuwde, verloste Siegfried Brunnhilde van haar eeuwigdurend lijkende slaap met een langdurige kus. De Amerikaanse sopraan Catherine Nagelstadt, die de Brünnhilderol voor het eerst in Amsterdam zong, verwelkomde meteen de zon (Heil dir Sonne). Daarna ontspon zich het langdurig, schitterende liefdesduet waarin de vrees van Siegfried voor het eerste vrouwelijke wezen dat hij zag werd getransformeerd naar een ontluikende liefde. Beurtelings hadden angst en liefde voor elkaar de overhand. Nagelstadt evenaarde met glans de prestatie van haar partner Gould. Het ovationele applaus na afloop sprak ook vanavond boekdelen. Een uitvoering om niet te vergeten.
Peter Année